Prijs van de Vlaamse Minister voor Wetenschapsbeleid
De Academie overhandigt om de drie jaar de Prijs van de Vlaamse minister voor Wetenschapsbeleid aan een persoon, groep of organisatie die op welke wijze ook een belangrijke bijdrage heeft geleverd tot de vulgarisatie van de wetenschap.
De Academie beslist zelf wie ze voordraagt (men kan zich niet kandidaat stellen voor deze onderscheiding).
Tijdens zijn loopbaan publiceerde De Wever een indrukwekkende reeks boeken en artikelen over onder meer de ontwikkeling van het Vlaams-nationalisme, België tijdens de Tweede Wereldoorlog en de herinnering eraan, de oostfronters en mondelinge geschiedenis.
Tot zijn bekendste werken horen volgende publicaties:
- Vlamingen in het Vlaams Legioen en de Waffen SS (1984)
- Staf De Clercq (1989)
- Greep naar de macht. Vlaams-nationalisme en Nieuwe Orde: het VNV 1933-1945 (1994)
- Gestemd verleden. Mondelinge geschiedenis als praktijk (2003)
- België tijdens de Tweede Wereldoorlog (2004 & 2014)
- Gekleurd Verleden: familie in oorlog (2010)
- De verbeelding van de leeuw. Een geschiedenis van media en natievorming in Vlaanderen (2020)
- Een geschiedenis van België (2021)
De Wever was vice-voorzitter van de redactie van de Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging (1998) en maakt op dit moment deel uit van de kernredactie van de Digitale Encyclopedie van de Vlaamse Beweging. Hij is hoofdredacteur van WT. Tijdschrift over de geschiedenis van de Vlaamse beweging. Hij is tevens voorzitter van de wetenschappelijk raad van het War Heritage Institute en van het Museum aan de IJzer en ondervoorzitter van het wetenschappelijk comité van het Studiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij (Brussel). Hij maakt deel uit van de wetenschappelijke raad van het ADVN, Archief voor Nationale Bewegingen.
Bruno de Wever is als historicus een specialist in de geschiedenis van het Vlaams-nationalisme en de collaboratie tijdens de Tweede Wereldoorlog, en meer in het algemeen de geschiedenis van de Vlaamse beweging. Decennialang voerde hij grensverleggend onderzoek over dit onderwerp en vertaalde het met succes voor een breder publiek. Dat is een niet geringe prestatie. De geschiedenis van het Vlaams-nationalisme en de collaboratie tijdens de Tweede Wereldoorlog is een zeer delicate materie, confronterend en polariserend.
De Universiteit van Vlaanderen werd opgericht op 29 augustus 2017 met
als doel wetenschap en universitaire kennis beschikbaar en begrijpelijk
maken voor iedereen door Vlaamse professoren een breed toegankelijk
platform te bieden via moderne mediakanalen.
Zes jaar geleden
vroegen Marten Blankesteijn en Alexander Klöpping zich af, waarom de
kennis van al die interessante wetenschappers aan de universiteiten
enkel beschikbaar was voor een handvol studenten. Daarom hebben ze de
stichting Universiteit van Nederland opgericht. Via dit succesvol
platform voor wetenschapscommunicatie sijpelt wetenschappelijke kennis
de huiskamers binnen via YouTube, Podcast, radio en televisiekanalen. In
2017 namen Johnny Quidé en Roel Bellinga het initiatief om samen met de
VRT, de vijf Vlaamse universiteiten, Knack en de Jonge Academie om hier
een nieuw - Vlaams - hoofdstuk aan te breien met dezelfde missie. Een
onafhankelijke redactie van wetenschapsenthousiastelingen werd
samengesteld.
Bij de Universiteit van Vlaanderen vzw geven
topwetenschappers uit heel Vlaanderen gratis college op internet,
podcast, radio en televisie. Het doel van de Universiteit van Vlaanderen
is duidelijk: de kennis van Vlaamse professoren uit verschillende takken
van de wetenschap dichter bij een zo breed mogelijk publiek brengen. De
muren van de universiteitsaula worden spreekwoordelijk afgebroken.
Topwetenschappers beantwoorden telkens op ongeveer een kwartier een
boeiende vraag over uiteenlopende thema’s. De videocolleges worden
opgenomen tijdens een tour door Vlaanderen waarbij steeds de vijf
studentensteden worden aangedaan.
In hun eerste twee collegejaren
leverde Universiteit van Vlaanderen reeds meer dan 65 miljoen
contactmomenten op, met een bereik van meer dan 2,5 miljoen kijkers en
17 miljoen luisteraars. Sinds vorig jaar werd ook de Universiteit van
Vlaanderen podcast gelanceerd, die nu maandelijk meer dan 250 duizend
keer wordt beluisterd. Ze werden meteen een van de grootste
wetenschapsplatformen in België en een enorme toegevoegde waarde voor
het Vlaamse wetenschapscommunicatielandschap.
De videocolleges
van de Universiteit van Vlaanderen zijn er voor iedereen, ongeacht
leeftijd, afkomst of opleidingsniveau. Wetenschappelijke onderwerpen
worden vertaald naar laagdrempelige content. Extra aandacht gaat naar
een jong publiek, de vzw wil hun interesse in wetenschap aanwakkeren
vanuit de een geloof dat de jeugd voor een groot stuk de toekomst in
handen heeft.
De Prijs van de Vlaamse minister voor Wetenschapsbeleid wordt uitgereikt aan Kazerne Dossin in Mechelen, een vernieuwend project binnen het Belgische en het Vlaamse museumlandschap. De prijs werd overhandigd in naam van minister Philippe Muyters tijdens de academische zitting in het Paleis der Academiën te Brussel op zaterdag 10 december.
Deze prijs wordt om de drie jaar uitgereikt aan personen of organisaties
die erin geslaagd zijn om op bijzondere wijze wetenschap binnen het
bereik te brengen van het algemeen publiek. “Het museum heeft al vele
tienduizenden bezoekers geconfronteerd met de gebeurtenissen uit de
oorlogsperiode in België,” aldus minister Muyters. Met de toekenning van
deze prijs wil de Academie ook de onmiskenbare maatschappelijke impact
van de Kazerne Dossin onderstrepen: “De gitzwarte bladzijden van ’40-’45
vormen het vertrekpunt voor een veel ruimer verhaal over mensenrechten,
discriminatie en massageweld op vele andere tijdstippen en plaatsen in
de wereld. De bezoeker leert daardoor niet alleen iets over vroeger maar
ook over vandaag en morgen en bovenal over zichzelf.”
De prijs
is ook een waardering voor de verantwoorde wetenschappelijke onderbouw
van de collectie en de bijzondere vormgeving van het museum en de
architectuur van bOb Van Reeth.
Algemeen Directeur Christophe Busch:
“Deze prijs is niet alleen een erkenning, maar bovenal een enorme
stimulans om onze inzichten en werk omtrent cumulatieve
radicaliseringsprocessen toen en vandaag verder te verdiepen en uit te
dragen. Kazerne Dossin wil blijvend inzetten om lessen te trekken uit de
conflicten van het verleden voor de maatschappelijke uitdagingen in het
heden. ”
Kazerne Dossin vierde vorige week haar vierjarig
bestaan. Het museum vertrekt vanuit het historische verhaal van
Jodenvervolging in ons land. Niet de memorabilia staan centraal maar
vooral de morele en de menselijke waarden waarmee de bezoeker wordt
aangesproken in zijn eigen geweten.
Wetenschapscommunicatie eren: al een dik decennium een focus van de Academie
Achtereenvolgens werd de prijs uitgereikt aan EOS-Magazine (2000), het Canvas-programma Overleven (2003), Technopolis (2006) en Universiteit Vrije Tijd van het Davidsfonds (het huidige Davidsfonds Academie) (2009). Totnogtoe werden alleen maar instellingen bekroond met deze prijs, hoewel het ook mogelijk is dat personen hem overhandigd krijgen. Sinds vorig jaar organiseert de Academie trouwens ook de Onderscheiding Wetenschapscommunicatie, die specifiek wetenschappers wil bekronen die niettegenstaande hun drukke agenda toch nog de tijd vinden om kwaliteitsvolle projecten te ontplooien.
RVO-society: jongeren enthousiasmeren voor wetenschap(pen)
De RVO-Society past perfect in het rijtje van de vorige laureaten van de prijs. Net als Technopolis en Davidsfonds Academie gaat ook de RVO-Society verder dan louter kennisoverdracht: ze interageren elk op hun eigen manier met hun doelpubliek, gaan voluit in op hun vragen en dragen zo bij tot het publieke bewustzijn van wetenschap. Het Fingerspitzengefühl voor techniek en wetenschappen overbrengen op jongeren van 5 tot 25 jaar is de kerntaak van de RVO-Society. Een mooi neveneffect van de jongeren zélf de activiteiten en experimenten te laten doen, is hen motiveren voor studies in wetenschap en technologie.
RVO-Society: nobele en eenvoudige doelstelling, gedegen ingevuld
Na een rondvraag in de verschillende Klassen, kiest de Academie zelf de laureaat van de prijs. Wat opvallend aan de RVO-Society werd bevonden, is hoe ze uitgaande van een vrij eenvoudige basisopdracht een zeer brede set van activiteiten heeft uitgebouwd. Jongeren worden zowel binnen als buiten het onderwijs betrokken in ervaringsgerichte activiteiten. Binnen het onderwijs gaat de aandacht naar de hele kleuter-, basis-, middelbare en hogere schoolomgeving. De projecten zijn ingedeeld voor de school (de directie, coördinatoren,…), voor de leerkracht en voor de leerling. Leerkrachten, ICT-cöordinatoren, begeleiders, lerarenopleiding… worden geïnstrueerd en gecoacht over de projecten van de RVO-Society. De projecten zijn altijd attractief opgesteld en dragen namen als ‘Robbie de Robot’, ‘Chip!Chip!Chip!Hoera’, ‘Op weg met elektron’,… Ervaringen uit het dagelijkse leven worden op een wetenschappelijke manier inzichtelijk gemaakt (‘gecontextualiseerd’). Naast workshops waar de leerlingen op bezoek komen worden er ook materiaalkoffers gemaakt en kunnen de leraars navormingen krijgen.
Betrekking bedrijfsleven
Buiten het onderwijs worden de laatste tijd ook meer en meer rechtstreekse activiteiten ontplooid waaronder het zomerkamp ‘Ingenieur op je 13e’ en ‘de techniekbende’. Aan de andere kant wordt ook het technische en wetenschappelijke middenveld betrokken: na 10 jaar ervaring in het educatief vertalen van de nieuwste technologieën is RVO-Society voor veel bedrijven een educatieve partner geworden. RVO-Society slaat bruggen tussen innovatie en onderwijs en heeft een groeiende aandacht voor de sociale inbedding van de ingenieur (i.s.m. diverse partners zoals Cera) en voor coöperatief ondernemen, als stichtende vennoot in CORE cvba-so, samen met. onder andere Ecopower. Deze integrerende aanpak oefende veel aantrekkingskracht uit op de Academie. Tenslotte wil de Academie ook aandacht hebben voor de recente keuze van de RVO-Society om in haar werking te focussen op een grote en urgente maatschappelijke uitdaging, de opwarming van het klimaat. Hiervoor ontwikkelt ze educatieve pakketten en opleidingen die het begrip energie bevattelijk en ervaringsgericht overbrengen.
Naar de geest en passie van Roger Van Overstraeten
De RVO-Society werd opgericht volgens de ideeën van Roger Van Overstraeten, de stichter en eerste algemeen directeur van imec, die ook lid van de Academie was. Na zijn overlijden ging in 2000 de RVO-Society van start, ondersteund door imec, de Vlaamse universiteiten en een aantal bedrijven. Haar hoofdpartners zijn de Vlaamse overheid, imec, Agoria en Cera.
Universiteit Vrije Tijd Davidsfonds, met Leuven als thuisbasis, is een landelijk uitgebouwde vormingsinstelling rond het thema “Geschiedenis voor morgen. Cultuur en samenleving in historisch perspectief”. Ze ging in het najaar van 1993 van start. Jaarlijks vinden er nu meer dan 150 cursussen plaats in een 60-tal Vlaamse steden en gemeenten. Er worden een 8000-tal cursisten bereikt.
In haar cursussen snijdt Universiteit Vrije Tijd diverse inhoudelijke aspecten van de geschiedenis aan, met name ‘cultuurgeschiedenis’ (geschiedenis van de verschillende kunsttakken), ‘mentaliteitsgeschiedenis’ waarbij levensbeschouwingen en religies aan bod komen, ‘economische geschiedenis’, ‘binnenlandse instellingen en politiek’ en ‘buitenlandse politieke geschiedenis’ met de klemtoon op internationale relaties en militaire geschiedenis. Soms behandelen de cursussen verschillende aspecten tegelijk. Dit is het geval bij de bestudering van de geschiedenis van landen, volkeren en beschavingen, waar een globaalvisie van zo’n wisselwerking gediend is. UVT ziet geschiedenis niet als een opsomming van namen, jaartallen en feiten, maar als een samenspel van mensen en groepen bij de ontwikkeling van culturen en samenlevingen. Cultuur en kunst komen ruim aan bod. De impact van de cursus wordt, indien mogelijk, versterkt met een praktijkgerichte toetsing zoals een gegidst tentoonstellings- of museumbezoek, een concert, een dagexcursie of een reis.
Cursussen die momenteel lopen zijn onder meer: ‘Achterblijven in Congo’ (Congolezen getuigen over hun koloniale periode), Tsaar Poetin? (Over de typische Russische kantjes van een wereldleider), ‘Goesting in Vlaanderen’ (al dan niet vergeten culinaire trekjes in eigen streek), ‘James Ensor: genie en rebel’, ‘Het Bourgondisch tijdperk’.
UVT kiest voor een inhoudelijk hoog cursusniveau, dat evenwel ruim toegankelijk is. Voorkennis is bij de cursisten is niet vereist, iedereen met belangstelling voor het onderwerp kan inschrijven. Het publiek bestaat zowel uit ‘onwetenden’ die geïnitieerd wensen te worden in een historisch onderwerp als ‘gevorderden’ die hun kennis wensen bij te spijkeren.
Als lesgevers komen externe deskundigen en docenten in aanmerking die zelf actief bezig zijn met onderzoek. Zij komen uit alle Vlaamse universiteiten, conservatoria en hogescholen en worden gescreend op hun agogische vaardigheid: zij moeten in staat zijn om hun kennis op een toegankelijke manier mee te delen aan het publiek.
Technopolis, met het Vlaams doe-centrum te Mechelen als vlaggenschip, heeft als missie wetenschap en technologie dichter bij de mens te brengen. Onder het motto van ‘ik hoor en ik vergeet, ik zie en ik onthoud, ik doe en ik begrijp, ik creëer en ik ben geïnspireerd, ik denk en ik het grijpt me aan’ werden verschillende initiatieven opgezet. Naast de interactieve experimenten en de verassende wetenschapsshows in het bezoekerscentrum te Mechelen maakt Technopolis handig gebruik van de vele mogelijke vormen van communicatie: van online experimenteren tot een interactieve kalender, van de rondreizende wetenschapstruck tot rubrieken in kranten, van wetenschapsfestival tot kinderboeken, van techniekclubjes tot een quiz, en zoveel meer. En met succes, getuige de 250 000 bezoekers per jaar aan het doe-centrum en de 150 000 personen die bereikt worden met activiteiten buitenshuis. Op een populatie van 6 miljoen Vlamingen is dit een niet te onderschatten prestatie en op zijn minst bewonderenswaardig te noemen.
Ook op internationaal vlak laat Technopolis van zich horen. In 2002 werd ‘The Science Centre Academy on new science centres’ opgericht om buitenlandse wetenschapscommunicatiecentra een hand toe te steken. Technopolis is ook zeer actief in Ecsite, The European Association of Science Centres and Museums, die met hun jaarlijkse conferentie vele belangrijke actoren op het vlak wetenschapscommunicatie mogen begroeten. In 2006 was Technopolis de gastheer van de conferentie die 713 vertegenwoordigers van 40 landen samenbracht.
Overleven werd vier jaar geleden in de steigers gezet door VRT-wetenschapsjournalist Stephan Mores. Ondertussen heeft hij de fakkel doorgegeven aan Seger Bonebakker, die momenteel verantwoordelijk is voor de eindredactie van het programma.
Tijdens de documentaire die elke zondagavond wordt uitgezonden zet Overleven de recente verwezenlijkingen van prominente en inspirerende wetenschappers uit diverse disciplines in de kijker. Meer bepaald komt in elke aflevering een vorser aan het woord die een wetenschappelijke doorbraak op zijn of haar naam heeft weten te schrijven.
De bedoeling is de materie bevattelijk en boeiend voor te stellen en op die manier de interesse van het grote publiek voor wetenschap en technologie aan te scherpen.
De prijs werd uitgereikt tijdens de Algemene Openbare Vergadering van de Academie op 16 december 2000.